Velsen

Door Gertjan Huijbens
IJMUIDEN- De Noordersluis van IJmuiden is na negentig jaar tot op de draad versleten.
Bijna iedereen is het er over eens dat er iets met deze grote toegangspoort moet gebeuren, wil de veiligheid gewaarborgd blijven en scheepsverkeer van enige omvang over twintig jaar Amsterdam nog kunnen bereiken. Maar de meningen zijn verdeeld of daarvoor een nieuwe, laat staan grotere zeesluis moet worden aangelegd.

Dat werd gisteren weer eens duidelijk tijdens een goed bezochte discussieavond in gebouw de Delta, georganiseerd door de Socialistische Partij (SP) Velsen.
Voor de bijeenkomst waren drie sprekers uitgenodigd; Hugh Gallacher van de Milieufederatie Noord-Holland, scheepsagent/cargadoor Graham Wastell namens de Amsterdamse Ondernemersvereniging en Emile Roemer, 2e kamerlid voor de SP en woordvoerder voor verkeer en waterstaat . Anders dan de namen doen vermoeden, had de Brabander Roemer de langste afstand afgelegd om naar IJmuiden te komen. Wastell is zelfs Velsenaar.
De ruim veertig aanwezigen waren lang niet alleen plaatselijke SP-leden. In het publiek zaten ook gemeenteraadsleden van diverse partijen en bijvoorbeeld Rob Verweij van de Kamer van Koophandel, oud-havenmeester Piet Dekker, Peter Sieret van de Vletterlieden IJmond en SP-statenlid Bert Putters. Zij zorgden samen voor een boeiende discussie, die vooraf werd gegaan door inleidingen van de drie gastsprekers. Discussieleider was Jan Müter, eerder die avond gekozen tot voorzitter van de SP Velsen.
Het mag weinig verrassend heten dat Hugh Gallacher van Milieudefensie grote vraagtekens zet bij het nut van een nieuwe, grotere zeesluis voor de haven van Amsterdam. Hij vindt niet dat het Noordzeekanaalgebied de concurrentie met Rotterdam moet willen aangaan en pleit juist voor afstemming en regie. Hij vreest dat een nieuwe zeesluis de deur open zet voor een nog groter ruimtebeslag door havengebonden activiteiten, want een dergelijke investering moet toch worden terugverdiend. Het is dan kwestie van tijd of de Houtrakpolder en de Wijkermeerpolder vallen ten prooi aan de uitbreidingsdrift van de Amsterdamse haven.
Graham Wastell bestrijdt dat Amsterdam nodeloos concurreert met Rotterdam, hij ziet in zijn werkpraktijk juist dat Rotterdammers en Amsterdammers samenwerken om de diverse soorten scheepsverkeer, zoals containervervoer, bulkschepen en cruisevaart, te kunnen verwerken. De extra capaciteit van het Noordzeekanaal is volgens hem hard nodig om de groei van de mondiale scheepsvervoer te kunnen opvangen. Hij wijst er bovendien op dat Amsterdam in grootte de vierde haven is van noordwest Europa, met onder andere de grootste cacao-overslag ter wereld. Mede gelet op de ouderdom en de staat van de Noordersluis, is het volgens Wastell hard nodig dat er een nieuwe grote zeesluis bijkomt.
SP-Kamerlid Roemer heeft ‘principieel’ niets tegen een nieuwe zeesluis, maar vraagt zich net als Gallacher af of dat voor het Noordzeekanaal nodig is. Hij vergelijkt het met de voortdurende vraag om meer uitbreidingsmogelijkheden van Schiphol. Elke keer met als argument dat anders de internationale concurrentieslag wordt verloren. Roemer is gevoelig voor het veiligheidsaspect, maar onder dat mom mag geen gehoor gegeven worden aan de lobby voor een grotere zeesluis.